Op de Belgische feestdag eens geen “drasj national”, wel een oefenkoers voor de dames elite in de Herzeelse deelgemeente St Lievens Esse. Zij moeten, net als enkel uren ervoor de dames jeugd, strijden op de lokale omloop van 6,1 km met enkele nijdige hellingen, het verschil is dat zij het wel 15x moeten afwerken. In onze kleuren zien wij Erin en Esmée in een peloton van 80 rensters met daarbij ronkende namen als Jolien D’hoore, Lotte Kopecky, Sanne Cant, Jesse Vandenbulcke, Valerie Demey om er maar enkele te noemen.
Na een tweetal opwarmingsronden besluiten enkele rensters de gas open te draaien. Sanne Cant roert als eerste de aanvalstrom, Femke Verstichelen pikt vlot in en wat verder sluiten Jolien D’hoore en Lotte Kopecky aan. Dit kwartet wacht op niks of niemand en na 6 ronden is het verschil opgelopen tot meer dan 1’ en zij zijn definitief gaan vliegen.
Achter hen verbrokkeling alom, Erin moet het peloton laten rijden en wordt wat later afgevlagd.
Zij wordt als 58ste geklasseerd, haar conditie verbetert echter dag na dag en als corona geen roet in het eten gooit krijgen zullen wij haar resultaten gestaag zien verbeteren.
Esmée houdt stevig stand in het eerste peloton, de achterdeur blijft constant open staan en wat later zijn de helft van de rensters uit wedstrijd. Dat is dan ook het verhaal van de koers in een notedop: een kopgroep van 4 en een steeds slinkende groep rensters achter hen.
Het kwartet vooraan blijft de snelheid onderhouden en rijdt het peloton finaal op meer dan 4’ achterstand.
In de pelotonsprint strijdt Esmée voor haar plaats en weet zo als 30ste over de streep te rijden. Zij mag terecht fier zijn op deze prestatie, wanneer wie de uitslag wat verder analyseert ziet dat zij daarmee 10de is bij de rensters is zonder UCI-statuut, tevens 10de belofte en zelfs beste eerstejaarsbelofte! Proficiat aan onze dames. Voor hen is de volgende afspraak zondag aanstaande voor de derde maal op het circuit van Zolder.